Mijn mentor en ik: Jaime en Lieke

Lieke (32 jaar) doet haar werkervaringstraject na een positieve afronding van de crash course bij Het Schoolbureau. Haar mentor is Jaime Teiwes van IKC Noordrijk.  

 

 

Lieke: ‘Afgelopen jaar heb ik gereisd en daarvoor maakte ik voor Future NL onderwijsmateriaal over digitale weerbaarheid. Af en toe mocht ik een gastles geven. De momenten in de klassen vond ik de leukste aspecten van mijn werk. Vandaar dat ik me opgegeven heb voor de crash course en nu mijn werkervaringstraject doe. Het is zo fijn om niet meer de hele dag achter de computer te zitten en het contact met de leerlingen is ontzettend leuk. Ik leer nu vooral de basis van het lesgeven en moet aan het eind van deze drie maanden een dagdeel zelfstandig voor de klas kunnen staan. Het ene moment denk ik dat ik het helemaal door heb en het volgende moment blijkt het toch lastiger dan gedacht. Vooral nu we door de komst van een nieuwe leerling met een nieuwe groepsdynamiek te maken hebben. Maar ik geniet met volle teugen. Het is nooit saai!’

 

Jaime: ‘Ik begeleid voor het eerst iemand tijdens een werkervaringstraject. Dat is anders dan een Pabostudent, want Lieke heeft nog geen dag les gehad. Ik tast dus af wat ze nodig heeft en welke lesstijl bij haar past en laat haar vooral zien hoe wij dingen aanpakken. Zo komt ze erachter waar ze al wel en nog niet bekwaam in is. Ze is een kei in het opbouwen van een band met de kinderen en kan goed reflecteren. Door haar komst leer ik beter naar mezelf te kijken en ben ik me er bewust van geworden dat ik de gedegen voorbereiding van lessen een beetje heb laten versloffen. Het is mooi dat de aanwezigheid van een zij-instromer of stagiair(e) me dat laat inzien. Daarbij hoop ik als mentor een bijdrage te kunnen leveren aan het terugdringen van het lerarentekort. En het is leuk om te zien hoe mijn leerlingen reageren als er iemand anders voor de klas staat. Tot slot vind ik het prettig dat ik als fulltimer zonder duo met Lieke kan sparren. Hoe zie jij dat? Of hoe zou jij dat oplossen? Heel waardevol!’

‘Ik vind het prettig dat ik als fulltimer zonder duo met Lieke kan sparren. Hoe zie jij dat? Of hoe zou jij dat oplossen? Heel waardevol!’’

Jaime

Ontmoet andere collega's

Mijn mentor en ik: John en Emma

Emma studeert als zij-instromer aan de iPabo en staat in haar eerste jaar met meester John in groep 7 op IKC Overhoeks.

 

 

Emma: Na mijn opleiding aan de filmacademie, heb ik jaren in de filmindustrie gewerkt. Tot het niet meer voldoende bevrediging gaf en ik op zoek ben gegaan naar een nieuwe uitdaging. Ik deed de crash course van Het Schoolbureau op de Montessorischool Azalea en daarna startte ik een werkervaringstraject op IKC Overhoeks. In toenemende mate ben ik ervan overtuigd dat het primair onderwijs de juiste volgende stap is geweest. Ik heb het ontzettend naar mijn zin bij John in groep 7. Hij is een didactisch sterke en ervaren leerkracht en het is fijn om iemand als voorbeeld te hebben die zelfverzekerd zijn vak uitvoert, mij kan voeden met kennis maar me ook alle ruimte geeft. Ik kan soms nog een idealistisch beeld van het vak hebben en dus wil ik vaak werkvormen en klasindelingen veranderen om te experimenteren, daarin laat hij me mijn gang gaan. Maar ik zie dat ook zijn manier van lesgeven – work hard, play hard – een positief effect heeft op de resultaten van de leerlingen.’

 

John: ‘Emma is enorm creatief, ze heeft een groot hart voor het onderwijs, wil leerlingen graag helpen en is een doorzetter. Nu staan we soms nog samen voor de klas, maar ik durf haar ook vrij te laten. Het begeleiden van een zij-instromer heeft veel voordelen. In het begin investeer je tijd en begeleid je de student, daarna kun je oogsten. Dan heb je meer tijd voor andere werkzaamheden en om zaken beter uit te zoeken. Daarnaast is het voor de kinderen goed om af en toe een ander gezicht voor de groep te zien. Wat het mij nog het meeste oplevert is dat het me scherp houdt. Een zij-instromer zorgt ervoor dat ik niet verzand in gewoontes en sleur. Daarnaast vind ik het mijn maatschappelijke taak om nieuwe leerkrachten op te leiden. Als ik klaag over het lerarentekort, wil ik er alles aan doen om het te veranderen.’

‘Het is fijn om iemand als voorbeeld te hebben die zelfverzekerd zijn vak uitvoert, mij kan voeden met kennis maar me ook alle ruimte geeft’

Emma

Ontmoet andere collega's

Pabo/ALO-student Mayra

Mayra (21 jaar, midden) is eerstejaars student aan de nieuwe opleiding Pabo/ALO van de HvA. Na deze 4,5 jarige opleiding krijgt ze voor beide richtingen een diploma. Ze kan dan dus voor de klas in het basisonderwijs, maar ook gymles geven op de lagere of de middelbare school. Haar stageschool is ons IKC NoordRijk en haar mentoren zijn Lex en Gaby.

 

 

Student Mayra: ‘Na mijn MBO4-opleiding aan de sportacademie wilde ik nog doorstuderen. Omdat ik al vier jaar in de gymzaal had gestaan, leek het me een mooie combinatie om nu niet alleen de ALO, maar ook de Pabo te doen. Het lijkt me fijn om later ook beide beroepen te kunnen blijven uitoefenen of om gymles te kunnen geven aan mijn eigen klas. Ondanks de lange dagen en het feit dat nog niet alles even duidelijk is, vind ik de opleiding ontzettend leuk. Omdat de opleiding nog heel nieuw is, wordt er goed naar onze feedback geluisterd. Ook is het prettig dat het pedagogische gedeelte van beide opleidingen overlapt. Wel merk ik dat ik op mijn stage sneller ga dan op school. De opleidingen gaan toch nog een beetje uit van een dag per week stage lopen terwijl mijn klasgenoten en ik in twee dagen per week natuurlijk twee keer zoveel leren.’

 

Vakleerkracht bewegingsonderwijs Lex: ‘Ik begeleid Mayra tijdens haar stage in de gymzaal. Ze is heel relaxed in de zaal en maakt gemakkelijk een connectie met kinderen. Tijdens de overleggen denkt ze actief mee en komt ze met goede oplossingen. Ik vind het fijn dat een stagiair(e) mij laat nadenken over wat ik eigenlijk aan het doen ben. Ook vind ik het een mooie uitdaging om mijn feedback altijd weer op de persoon af te stemmen en zo te formuleren dat hij of zij er iets aan heeft. Ik hoop altijd de juiste snaar te raken. De opleiding die ze nu doet lijkt me behoorlijk zwaar. Het is lastig als je je aandacht altijd moet verdelen tussen twee vakgebieden en de werkdruk is erg hoog voor de studenten. Maar ik zie zeker de meerwaarde van iemand die als tussenpersoon kan fungeren tussen vakdocent bewegingsonderwijs en leerkracht. Als deze persoon gezamenlijke raakvlakken weet te creëren kan dat bijvoorbeeld tot bewegend leren leiden.’

 

Leerkracht Gaby: ‘Ik ben Mayra’s mentor als ze stage loopt in de klas. De samenwerking met Lex en Nicolette (opleider in de school vanuit Innoord) verloopt soepel omdat we allemaal in hetzelfde beoordelingsdocument werken. Ik denk dat het goed is als Mayra en haar medestudenten later bijvoorbeeld als vakleerkracht bewegingsonderwijs werken en dan een dag per week voor de klas kunnen om gaten op te vullen. Mayra staat altijd open voor feedback en doet er ook echt iets mee. Ze is enthousiast, betrokken, duidelijk en benaderbaar voor de leerlingen. De kinderen vinden het een feest om haar ook in de gymzaal te zien. Meters maken in het onderwijs is van groot belang, vandaar dat ik graag naast leerkracht, mentor van stagiair(e)s ben.’ 

‘Het lijkt me fijn om later beide beroepen te kunnen blijven uitoefenen of om gymles te kunnen geven aan mijn eigen klas’

Mayra

Ontmoet andere collega's

Mijn mentor en ik: Merel en Yalda

Yalda (23 jaar) studeert aan de Pabo op de HvA en doet haar LIO in groep 7/8 van Merel op Daltonschool De Poolster.

 

 

Yalda: ‘Dit hele schooljaar sta ik maandag en dinsdag voor de groep. Elke dinsdag komt Merel bij een les kijken zodat we die samen kunnen nabespreken. Daarnaast maakt ze me wegwijs in Parnassys, rapporten schrijven, toetsen analyseren en oudergesprekken. Dit zijn dingen die ik graag wil leren en op de Pabo mis. ’

 

Merel: ‘Ik geniet van de samenwerking met Yalda. We stellen bijvoorbeeld samen lessen samen als we vinden dat de methodeles niet goed genoeg aansluit bij onze klas. En omdat Yalda een Daltonminor gevolgd heeft, weet ze daar enorm veel van. Volgend jaar krijgen we een nieuw schoolgebouw dat goed past bij ons Daltononderwijs, onder andere met leerpleinen. Ik weet zeker dat Yalda dan ook van grote betekenis zal zijn.’

 

Yalda: ‘Ik wil inderdaad graag hier blijven werken als ik mijn diploma heb, want ik vind de begeleiding en collegialiteit hier geweldig. Dat heb ik niet eerder ergens zo ervaren. Ik word hier als gelijke gezien en voel me heel welkom.’

 

Merel: ’Ik ben mentor geworden omdat ik het niet alleen leuk vind om aan kinderen iets te leren, maar ook aan volwassenen. Ik denk graag over onderwijs na en met een stagiair(e) wordt ik gedwongen dieper op zaken in te gaan. Ook brengt een stagiair(e) vaak vernieuwing met zich mee. Zo kan ik voortdurend blijven zoeken naar de beste vormen van onderwijs voor mijn leerlingen. Ik ervaar dat het begeleiden van een stagiair(e) me meer oplevert dan het me kost. Samen nadenken, voorbereiden en verwerken, daar haal ik zelf ook veel uit. Dus als Yalda afgestudeerd is, mag de volgende stagiair(e) zich melden.’ 

‘Volgend jaar krijgen we een nieuw schoolgebouw dat goed past bij ons Daltononderwijs, onder andere met leerpleinen. Ik weet zeker dat Yalda dan ook van grote betekenis zal zijn.’

Merel

Ontmoet andere collega's

Mijn mentor en ik: Jules en Ilja

Jules (24 jaar) studeert aan de Pabo op de HvA en doet haar LIO in de klas van juf Ilja op onze Taalschool, waar zij nieuwkomers tussen de zes en twaalf jaar lesgeven. 

 

 

Jules: ‘Dit hele schooljaar ben ik elke maandag en dinsdag op De Taalschool. Op maandag sta ik alleen voor de klas, op dinsdag zijn Ilja en ik samen. Het doel van deze LIO is dat ik startbekwaam word, zodat ik volgend jaar helemaal alleen een klas kan draaien. Mijn persoonlijke doel is om ook nog wat zelfzekerder te worden.’

 

Ilja: ‘Omdat Jules al bijna klaar is met haar opleiding, zie ik haar niet als stagiaire, ze is meer mijn collega. We vullen elkaar goed aan en leren van elkaar. Jules grootste talent is dat ze elke dag van oor tot oor straalt. Dat enthousiasme geeft ze door aan onze leerlingen. Ook is ze heel goed in het betrekken van toneel en poppenkast in haar lessen. Dat is heel waardevol voor onze leerlingen die de Nederlandse taal nog aan het leren zijn.’

 

Jules: ‘Ilja en ik overleggen regelmatig over mijn leerdoelen en verbeterpunten. En vier keer per jaar komt mijn opleider in de school, Marianne Schrijver, bij een les kijken om mij te beoordelen. Klassenmanagement en de instructies kort houden blijven punten waar ik op moet letten. In het begin van het schooljaar had ik het even moeilijk. Toen had ik eerder om hulp moeten vragen. Maar het was ook goed dat Ilja me zo vrij liet, want zo kon ik mijn eigen recept volgen in plaats van dat van haar.’

 

Ilja: ‘Ik vind het machtig mooi om mentor te zijn, want ik draag graag mijn liefde voor het vak over aan de jongere generatie. Onderwijs is voor mij geen baan maar een roeping. Ik wil wel van de daken schreeuwen hoe fijn het is om elke dag met kinderen te werken. Maar ik wil mijn stagiair(e)s ook behoeden voor de valkuilen waar ik zelf ingetrapt ben. Zo stuur ik Jules altijd op tijd naar huis om overbelasting te voorkomen. Zelf ging ik vroeger veel te lang door met werken.’

 

Jules: ’Als ik mijn diploma heb, dan ga ik het liefst werken op een basisschool in de buurt van het dorp waar ik woon. Het lesgeven op De Taalschool is prachtig, maar ik wil eerst meters maken in het reguliere onderwijs. Ik heb een voorkeur voor thematisch onderwijs omdat het jong en oud aanspreekt en omdat de connectie tussen verschillende vakken een meerwaarde kan zijn.’

‘Jules’ grootste talent is dat ze elke dag van oor tot oor straalt. Dat enthousiasme geeft ze door aan onze leerlingen.’

Ilja

Ontmoet andere collega's

Mijn mentor en ik: Stijn en Patty

Stijn studeert aan de Pabo op de HvA en loopt zijn LIO-stage in groep 8 van juf Patty op OBS IJplein.

 

 

Stijn: ‘Iedere woensdag krijg ik een overdracht van Patty omdat ik donderdag alleen voor de groep sta. Vrijdags zijn we er allebei. Die dag doet ze vaak dingen buiten het lokaal en soms kijkt ze met me mee om feedback te kunnen geven. Ik heb nog een paar opdrachten vanuit school om tijdens mijn LIO uit te voeren en ik heb zelf nog enkele leerdoelen en competenties opgesteld. Een daarvan is dat ik wat soepeler overwicht zou willen hebben over de gehele groep.’

 

Patty: ‘Ik stem mijn begeleiding op de persoon af. Bij Stijn geef ik af en toe informele feedback als we na een werkdag het lokaal samen opruimen. Maar hij leert zeker niet alleen van mij, ik leer net zo goed van hem. Hij heeft veel didactische kennis over bijvoorbeeld het EDI-model en bereidt zijn lessen altijd tot in de puntjes voor. Zo ver was ik zelf echt nog niet tijdens mijn LIO. En voor de leerlingen vind ik het geweldig dat ze eindelijk eens een meester hebben.’

 

Stijn: ‘Hoewel ik pas 21 jaar ben als ik mijn diploma haal, wil ik na de zomervakantie meteen doorgaan. Ik zit er nu zo lekker in. Reizen ga ik over een tijdje wel doen. Ik vind de populatie in Amsterdam-Noord erg interessant, dus ik zie mezelf hier wel blijven. Tijdens mijn vorige stage op De Taalschool heb ik veel geleerd over lesgeven aan kinderen die Nederlands niet als eerste taal geleerd hebben. Daar zou ik graag meer mee willen doen, maar dat kan net zo goed op OBS IJplein. De bovenbouw vind ik het leukst vanwege de gesprekken en grapjes.’

 

Patty: ‘Een stagiair(e) begeleiden kost echt geen extra tijd, het levert je juist heel veel op. Als je al een paar jaar dezelfde groep draait, dan slijten gewoontes erin. Een stagiair(e) houdt je dan scherp. En je kunt elkaars kwaliteiten benutten en elkaar aanvullen. Daarnaast vind ik het belangrijk om te proberen het lerarentekort op te lossen. Dat doe je onder andere door nieuwe leerkrachten op te leiden. En uiteraard geef ik graag mijn passie voor het onderwijs door.’

‘Stijn leert zeker niet alleen van mij, ik leer net zo goed van hem’

Patty

Ontmoet andere collega's

Angela Bergsma, zij-instromer op IKC NoordRijk

 

Zij-instromers, LIO’ers en stagiair(e)s. We zijn dolblij met iedereen die besluit in het onderwijs te komen werken en stellen je graag voor aan onze collega’s van de toekomst. Angela Bergsma doet haar LIO voor de pabo op de HvA bij IKC NoordRijk. 

 

Wat heb je hiervoor gedaan?

Na de middelbare school heb ik rechten gestudeerd aan de UvA en vervolgens als jurist gewerkt, maar ik merkte al na een paar jaar dat ik niet genoeg voldoening haalde uit dat werk. Toen tijdens de lockdowns alle sociale aspecten van het werk wegvielen besloot ik dat ik de overstap naar het onderwijs wilde maken. In oktober 2021 deed ik de realistische en pittige crash course van Het Schoolbureau. Daar merkte ik dat ik echt voor de klas wilde staan. Daarna ben ik gestart met een werkervaringstraject op IKC NoordRijk en nu sta ik al weer een paar maanden met veel plezier parttime voor de klas in groep 1/2 op deze school.

 

Wat neem je mee uit je vorige leven als jurist?

Ik denk toch wel de analytische aanpak die je als jurist inzet bij het bekijken van zaken. Ik zoom gemakkelijk uit, heb snel zicht op hoofd- en bijzaken en bekijk het grotere plaatje, waardoor ik overzicht heb. Dit helpt bij de organisatorische aspecten van het lesgeven, maar ook gewoon om in de klas overzicht te houden over de leerlingen. Daarnaast heb ik weinig moeite met allerlei werkgroepen en het mondelinge en schriftelijke contact met ouders en andere externen. 

 

Wanneer en hoe wist je dat je het onderwijs in wilde?

Ik werd getriggerd toen ik de documentaireserie Klassen, waaraan Innoord meedeed, zag. Hierdoor gebeurde er echt iets met me. Mijn spreekwoordelijke vlammetje ging ervan branden. De serie maakte zichtbaar dat er zo veel kanten aan het onderwijs zitten. Wat hierbij ook meespeelde was dat ik in Amsterdam-Noord woon en dus veel plekken uit de serie herkende. Ik voel me erg verbonden met Noord en wilde dus ook graag hier aan de slag.

 

Waar kijk je het meest naar uit als je straks een eigen klas hebt?

Überhaupt naar het hebben van een geheel eigen klas en dat je daar enigszins je eigen draai aan kunt geven. Dat ik me op de lange termijn helemaal competent voel is mijn doel, maar ik realiseer me ook dat dat niet direct na mijn afstuderen zo zal zijn. Ook dan moet ik daar nog naartoe werken. 

 

Wat voor soort leerkracht ben je?

Ik hoor geregeld dat ik rust uitstraal en duidelijk ben. Daarnaast vind ik het belangrijk dat ik ieder kind echt zie en er een band mee opbouw. Ik houd ervan om netjes en gestructureerd te werken waardoor er ruimte ontstaat om een eigen draai te geven aan de thema’s die we in de kleuterklas hebben. Mijn voorkeur gaat uit naar de onderbouw, omdat ik affiniteit heb met het jonge kind. Ik vind het mooi om in groep 1/2 te zien dat spelen in de klas enorm leerzaam is. 

 

Wat is het meest waardevol dat je van je mentor of stagebegeleider geleerd hebt?

Mijn duo Martine herinnert mij er vaak aan dat ik nog aan het leren ben en dat ik niet alles meteen goed hoef te doen. Dat klinkt heel logisch, maar ik heb er veel aan als iemand dat af en toe tegen mij zegt. Natuurlijk leer ik daarnaast ook heel veel van Martine als ik haar observeer en bewust of onbewust dingen van haar kopieer. Zoals manieren om de aandacht van leerlingen te vangen. Of een incidentje als een klassikaal leermoment aan te grijpen. En zij-instroomcoördinator Jolanda zei laatst dat ik feedback goed oppak. 

 

Wat is het leukste dat je tot nu toe meegemaakt hebt in dit vak?

Ik kan niet echt één moment noemen, maar ik word wel heel blij als ik zie dat ‘wat ik erin stop’ ook terugkrijg. Dat wat ik de kinderen leer, aankomt en blijft hangen. Dit is op zich heel logisch, maar het is ongelooflijk fijn om te ervaren dat wat ik doe van waarde is. Hier gaat onderwijs natuurlijk ook voor een groot deel over, maar het is heerlijk om het ook zelf te te ervaren.

 

‘Het is ongelooflijk fijn om te ervaren dat wat ik doe van waarde is’

Ontmoet andere collega's

Nadine Luidens, LIO’er op OBS Twiske

Zij-instromers, LIO’ers en stagiair(e)s. We zijn dolblij met iedereen die besluit in het onderwijs te komen werken en stellen je graag voor aan onze collega’s van de toekomst. Nadine Luidens doet haar LIO op OBS Twiske. 

 

 

Wanneer en hoe wist je dat je het onderwijs in wilde?

Ja, ehm, om eerlijk te zijn wist ik het niet meteen na de havo. Mijn zus deed de UPvA en mijn tante was juf op mijn oude basisschool, dus het zit wel in de familie. Ik wilde in ieder geval een beroep kiezen dat ertoe doet, waar behoefte aan is. Daarnaast vind ik kinderen heel leuk dus gaf ik de Pabo een kans. Het blijkt erg leuk om te doen, dus het bevalt mij goed. Mijn juf in groep 8 zei het vroeger al, maar pas later kwam ik er zelf ook achter dat het vak van leerkracht bij me past. Dat ik er niet meteen voor durfde te kiezen komt misschien ook doordat ik dyslexie heb. Maar gelukkig lukt het prima. 

 

Waar kijk je het meest naar uit als je straks een eigen klas hebt?

Zelfstandig fulltime een klas draaien. Met een duo samen is het toch moeilijk. Spullen die opeens weer op een andere plek liggen of verdwijnen. Ik voel me soms toch een beetje te gast in mijn klas, hoe gastvrij ik ook ontvangen ben. Maar goed, dan moet ik wel fulltime gaan werken en ik hoor dat dat best zwaar is. Gelukkig heb ik ook gehoord dat je er aan went. Het enige nadeel is dat je vaak elke schoolvakantie ziek bent, zoals ik de afgelopen jaren elke stageweek snotverkouden was. Inmiddels heb ik een klein beetje weerstand opgebouwd. 

 

Wat voor soort leerkracht ben je?

Vriendelijk maar duidelijk. Bij mij mag veel, maar er zijn grenzen. Ik bied structuur als kinderen het nodig hebben. Wanneer ik een doel met de klas wil bereiken maakt het mij niet uit hoe we daar komen, zolang we het doel maar bereiken. Naar wat voor docent ik uiteindelijk wil zijn, ben ik nog zoekende. Wel wil ik een blije juf zijn waar de kinderen graag bij in de klas zitten. Ik heb een sterke voorkeur voor het speelse karakter van het lesgeven aan kleuters. Hier mag nog zo veel. Er is veel vrijheid om de hoeken naar eigen inzicht in te richten en dingen bij het thema te kiezen.

 

Wat is het meest waardevol dat je van je mentor of stagebegeleider geleerd hebt?

Ik heb laatst van mijn mentor Caroline geleerd dat ik mij minder moet focussen op wat fout gaat, maar juist meer op wat er goed gaat. Hierom schrijf ik elke dag drie dingen op die tijdens de lesdag goed zijn gegaan. Mijn duo Ellen raadde me aan om één keer per dag het kiesbord van tevoren klaar te zetten. Dat betekent dat ik bij één van de twee kiesmomenten zelf bepaal wat de kinderen gaan doen en met wie. Hierdoor kost het beginnen met werken minder tijd en kan ik de leerlingen mixen. Leerlingen die niet gewend zijn met elkaar te spelen komen zo toch met elkaar in contact. Dit systeem zorgt er ook voor dat iedereen overal mee in aanraking komt, de gewoonte waarbij ze steeds voor hetzelfde kiezen wordt hiermee doorbroken. 

 

Wat is het leukste dat je tot nu toe meegemaakt hebt in dit vak?

Toen ik in groep 3/4 op Montessori Boven ‘t IJ locatie Kampina stage liep, was ik verkouden en daardoor erg schor. Ik vertelde de kinderen dat ik mijn stem kwijt was. Een leerling kwam naar me toe en vroeg: ‘Wiens stem heeft u nu dan?’

‘Ik heb een sterke voorkeur voor het speelse karakter van het lesgeven aan kleuters’’

Ontmoet andere collega's

Sabine Meij, zij-instromer op IKC NoordRijk

 

Zij-instromers, LIO’ers en stagiair(e)s. We zijn dolblij met iedereen die besluit in het onderwijs te komen werken en stellen je graag voor aan onze collega’s van de toekomst. Sabine Meij  is 24 jaar en doet haar LIO voor de deeltijdpabo op de HvA op IKC NoordRijk. 

 

Wanneer en hoe wist je dat je het onderwijs in wilde?

‘Na mijn studie toegepaste wiskunde werkte ik bij een bedrijf in de IT-hoek. Maar ik wilde helemaal niet op kantoor zitten. En ook niet zoveel alleen werken. Ik had docent wiskunde kunnen worden, maar de doelgroep op een middelbare school trok me niet zo aan, dus begon ik aan een deeltijdstudie op de pabo. De opleiding is niet echt uitnodigend, maar tijdens de stages merk ik dat dit echt is wat ik wil. Dus ik ben heel blij dat ik de keuze gemaakt heb. En ik las laatst in een afscheidsboek van mijn eigen basisschoolperiode dat ik met kinderen wilde werken. Het zat er dus toen wel al in. Maar na de middelbare school leek wiskunde een slimmere zet.’ 

 

Waar kijk je het meest naar uit?

‘Voornamelijk niet meer hoeven studeren. Ik ben wel even klaar met dat uitgebreide voorbereiden en reflecteren. En het lijkt me ook fijn als een klas me niet meer als stagiaire ziet, maar als volwaardige leerkracht. Ik maakte me eerst zorgen om het contact met de ouders, want je hoort vaak dat dat lastiger is dan met de kinderen. Maar het blijkt mee te vallen, want ook dat contact verloopt prettig.’  

 

Wat voor soort leerkracht ben je?

‘Wat ik vaak hoor is dat ik lief ben en een fijne sfeer creëer. Ik houd van gezelligheid en een gesprek voeren met de klas. De relatie met de leerlingen vind ik heel belangrijk, dus ik investeer veel tijd in individueel contact, tussendoor of buiten of na school. Mijn voorkeur gaat uit naar groep 5-7 omdat ik dan complexere dingen kan uitleggen.’  

 

Wat is het meest waardevol dat je van je mentor of stagebegeleider geleerd hebt?

‘Dat ik consequent moet blijven en iedereen bij de les moet houden. Maar eigenlijk is al Hanna’s feedback waardevol. Ook moet ik niet te lang instructie willen geven als er kinderen zijn die het al snappen. die kunnen dan al zelf aan de slag. Differentiëren in niveauverschillen dus . Hanna maakt ook actie-op-maat-schema’s (verkorte groepsplannen). Die zijn heel handig om mee te werken.’  

 

Wat is het leukste dat je tot nu toe meegemaakt hebt in dit vak?

‘In het kader van atelieronderwijs heb ik net een zumbales gegeven. Daar zat ook een stoere jongen uit groep 8 bij. Ik dacht nog: we zien wel hoe het gaat, maar hij deed heel leuk mee, was ontzettend gemotiveerd. Dat vond ik erg mooi om te zien.’ 

‘De relatie met de leerlingen vind ik heel belangrijk, dus ik investeer veel tijd in individueel contact, tussendoor of buiten of na school’

Ontmoet andere collega's

Lotte Lijesen, LIO’er op IKC Noordrijk

Zij-instromers, LIO’ers en stagiair(e)s. We zijn dolblij met iedereen die besluit in het onderwijs te komen werken en stellen je graag voor aan onze collega’s van de toekomst. Lotte Lijesen  is 25 jaar en doet haar LIO voor de deeltijd pabo van de HvA op IKC Noordrijk. 

 

Wanneer en hoe wist je dat je het onderwijs in wilde?

‘Ik ben met de pabo begonnen in 2019. Een half jaar daarvoor had ik mijn baan in een hotel opgezegd omdat ik erachter kwam dat dat me toch niet helemaal lag. Maar wat wilde ik dan wel? Waar kreeg ik wel energie van? Het antwoord was: kinderen. Omdat ik in Engeland opgegroeid ben, was ik nog nooit op een Nederlandse basisschool geweest, maar ik mocht met een vriendin die al juf was een paar dagen meelopen op Montessori Boven ‘t IJ locatie Azalea. En ik was meteen verkocht! In Engeland zijn veel meer regels en is er minder vrijheid voor leerkrachten om een eigen stijl te ontwikkelen, dus ik ben blij dat ik hier in Nederland ben. Wel mis ik het soms om Engels te praten. Maar gelukkig krijg ik tijdens mijn LIO ook de kans om Engelse liedjes te zingen of spelletjes te doen. Om dit te integreren in mijn lessen.’ 

 

Waar kijk je het meest naar uit als je straks een eigen klas hebt?

‘Ik voel me nu al heel erg op mijn plek en ben al best wel trots, maar een eigen klas voor een hele week zal vermoeiend maar vooral heel fijn zijn. Ik doe het dan echt samen met de kinderen. De administratie lijkt me wat minder aantrekkelijk, maar het is wel heel belangrijk en nuttig om de kinderen te volgen.’ 

 

Wat voor soort leerkracht ben je?

‘Vandaag heb ik weer veel plezier en lol gemaakt. Ik hou van leuke werkvormen en lachen, maar ben wel heel streng. Hier zet ik mijn stem effectief voor in. Verder houd ik meer van onderbouw dan van bovenbouw. De heerlijke dingen die jonge kinderen soms zeggen blijven geweldig. Soms staan ze pal voor je neus en moet je stiekem heel hard lachen om wat ze zeggen terwijl je eigenlijk streng moet zijn. De speelse manier van leren, de uitdaging om het pakkend en  actief te maken trekt me erg aan.’ 

 

Wat is het meest waardevol dat je van je mentor of stagebegeleider geleerd hebt?

‘Ik bof nu echt met Kevin als mentor, hij is heel goed in zijn begeleiding. De meeste mentoren zeggen vaak tegen me: “hou het dicht bij jezelf, niet nadenken over wat anderen doen. Het onderbuikgevoel. Luister hiernaar en doe wat jij natuurlijk zou doen. Kinderen merken het als je niet authentiek handelt.” En van Kevin moet ik vooral de positieve dingen erkennen. En genieten!’

 

Wat is het leukste dat je tot nu toe meegemaakt hebt in dit vak?

‘Ik moet vaak lachen om hoe letterlijk kinderen alles nemen. Laatst hadden we speelgoedmiddag en had ik gezegd dat de kinderen mee mochten nemen waar ze graag thuis mee spelen. Een meisje vroeg of ze haar kikker mee mocht nemen. Tuurlijk, leuk, een kikkerknuffel, dacht ik nog. Stond ze de volgende ochtend met een echte kikker in een plastic bakje van de afhaalchinees in de klas. Wat moesten we daar de hele dag mee doen? Er zaten niet eens gaatjes in het bakje. Uiteindelijk heb ik het maar aangegrepen om een gesprekje over dieren te voeren met de klas. Waar hoort een kikker, waar leeft ie? Dit vergeet ik nooit meer!’ 

‘Ik krijg de kans om Engelse liedjes en spelletjes te integreren in mijn lessen’

Ontmoet andere collega's