Zij-instromers, LIO’ers en stagiair(e)s. We zijn dolblij met iedereen die besluit in het onderwijs te komen werken en stellen je graag voor aan onze collega’s van de toekomst. Lieke Groof is 21 jaar en doet haar LIO voor de UPvA op OBS IJplein. Ook werkt ze een dag per week op De Poolster. Haar stages heeft ze gelopen op SBO Universum en De Buikslotermeer.
Wanneer en hoe wist je dat je het onderwijs in wilde?
‘Volgens mij heb ik nooit iets anders gewild. In alle vriendenboekjes van vroeger schreef ik al dat ik juf wilde worden. Ik heb er wel nog even over gedacht om geschiedenis te studeren en dat te onderwijzen op het voortgezet onderwijs, maar toen ik een paar dagen mee mocht lopen op mijn eigen oude basisschool, merkte ik al snel dat ik vooral van jonge kinderen heel veel energie krijg. Ik wilde in Utrecht of in Amsterdam studeren. Uiteindelijk heb ik voor Amsterdam gekozen, omdat ik hier de pabo kon combineren met pedagogiek in plaats van onderwijskunde. En ik was helemaal om toen studenten tijdens een open dag filmpjes lieten zien van hun stages en projecten. Ze waren zo enthousiast over de opleiding. En ik nu ook, ik heb nog geen moment spijt gehad.’
Waar kijk je het meest naar uit?
‘Vooral naar het hebben van een eigen klas, zelf het lokaal inrichten, zelf op onderzoek uitgaan, geen rekening meer hoeven te houden met mentoren (hoe lief die ook zijn). Echt alles helemaal zelf uitzoeken en mijn creativiteit erop loslaten. En ook vaker aanwezig zijn dan nu, waardoor ik nog meer binding met de klas krijg, maar ook met het team. Ook zal ik blij zijn als ik niet meer hoef te studeren en me dus volledig kan focussen op werk. Geen dubbelleven meer, niet meer steeds omschakelen en meer tijd voor specialisatie door middel van interessante zelfgekozen cursussen bij het Expertisecentrum van Innoord.’
Wat lijkt je minder leuk aan het vak?
‘Ik denk voornamelijk het vergaderen en alle andere dingen eromheen zoals commissies, handelingsplannen, etc. Het is leerzaam, maar het kan ook als last voelen omdat het ten kosten gaat van de aandacht voor de leerlingen. Soms is het te veel om allemaal in te plannen omdat ik mijn leerlingen altijd voorrang wil geven.’
Wat voor soort leerkracht ben je?
‘Ik ben humoristisch, direct, energiek én rustig. Ik probeer kinderen te motiveren met mijn stemgebruik en daardoor juist ook rust te creëren. Ik ben een echte bovenbouwjuf. Mijn directheid, zelfstandigheid en humor passen het best bij de bovenbouw.’
Wat is het leukste dat je tot nu toe meegemaakt hebt in dit vak?
‘Gisteren vroeg een meisje uit mijn klas aan mij: “Juf, waarom rollen mannen als ze vallen tijdens voetbal altijd zo door? Jij zit ook op voetbal, maar jij doet het niet. Wil je het aan je vriend vragen?” Dat is toch grappig, dat dat haar opvalt en dat ze mij die vraag stelt!’
‘In alle vriendenboekjes van vroeger schreef ik al dat ik juf wilde worden’